Vaginisme (schedekramp) kan op unieke en succesvolle manier behandeld worden

Vaginisme (schedekramp) kan op unieke en succesvolle manier behandeld worden

Vrouwen die aan vaginisme (schedekramp) lijden, kunnen op verschillende manieren worden behandeld

Op de jaarlijkse meeting van de International Society for the Study of Women's Sexual Health is vaginisme (schedekramp) een jaarlijks wederkerend onderwerp. Het probleem is meestal wel bekend: als gevolg van het samentrekken van de spieren rond de vagina is sexueel contact vrijwel onmogelijk. Het goede nieuws is dat vaginisme (schedekramp) kan behandeld worden, mits het inroepen van professionel hulp. Vrouwen die aan vaginisme lijden, kunnen op verschillende manieren worden behandeld, zodat ze uiteindelijk toch in staat zijn om een min of meer normaal sexleven te leiden.

In de praktijk is het in geval van vaginisme (schedekramp) vrijwel onmogelijk dat de penis de vagina penetreert. Dat geldt overigens niet alleen voor de penis, maar voor elk ander voorwerp of lichaamsdeel. Ook een vinger kan de krampen veroorzaken, evenals een dildo, tampons enzovoort. Het kan best zijn dat de vrouw wel zin heeft in sex, maar er toch niet in slaagt om de penetratie te laten gelukken. Naar het waarom van deze aandoening heeft de wetenschap voorlopig nog het gissen. De kans is echter groot dat er psychische redenen in het spel zijn, bijvoorbeeld trauma’s in het verleden opgelopen.

Sommige psychiaters spreken in verband van vaginisme (schedekramp) vaak van penisangst. De vrouw is om een of andere reden bang gepenetreerd te worden. Die angst kan verband houden met pijnlijke sexuele contacten, maar onderliggend kan ook de vrees meespelen dat de (in de ogen van de trouw te grote) penis inwendige schade kan berokkenen. De medische wetenschap sluit ook andere oorzaken niet uit, zoals bijvoorbeeld ontevredenheid over de kwaliteit van de relatie, verkrachting of andere slechte ervaringen.

In de praktijk blijkt dat vaginisme (schedekramp) zonder therapeutische hulp slechts moeilijk te genezen is. Waar vroeger vooral beroep werd gedaan op hulp van een psychiater, wordt tegenwoordig vooral een therapeut ingeschakeld. Op de jaarlijkse meeting van de International Society for the Study of Women's Sexual Health kwam een Nederlandse vrouwelijke wetenschapper haar ervaringen met vaginisme (schedekramp) voorstellen. Bleek dat de kansen op succes bij een therapeutische behandeling meer dan behoorlijk waren. Meer zelfs, bij een testgroep van 60 vrouwen lukte penetratie na de beëindiging van de therapie bij het merendeel van de deelneemsters.

Moniek M. ter Kuile van de universiteit in Leiden stelde op de meeting voor haar ze vrouwen die leden aan vaginisme (schedekramp) op een unieke, effectieve en tijdbesparende manier behandelde. De vrouwen werden samen met hun partner ontboden. Stapgewijs werd aangeleerd hoe toch penetratie van de vagina kon gebeuren. Eerst gebeurde dat met kleine voorwerpen, maar na afloop van de therapie konden de meeste vrouwen penetratie met een penis verdragen zonder dat vaginisme (schedekramp) werd vastgesteld.

Al de vrouwen die deelnamen aan het onderzoek hadden al een leven lang last van vaginisme (schedekramp). Ze ging elke week twee tot drie uur op therapie en leerden hoe de penetratie op een gecontroleerde manier kon gebeuren. De partner hield daarbij een spiegel vast die de vrouwen toonde wat er precies in hun genitale gedeelten gebeurde. De therapeut(e) stak zelf geen vinger uit, maar gaf alleen begeleidend advies. Het succes van de therapie was verbazingwekkend!

Syndicatie