Gezondheidsweb

Sexuele gevoelens zijn gekoppeld aan ons reukvermogen

Hoe groter het verschil tussen genen, hoe groter de aantrekkingskracht tussen mannen en vrouwen

Waarom valt iemand op persoon X en niet op persoon Y? Het antwoord op die vraag zal wel altijd in een mistgordijn gehuld krijgen. De wetten van de liefde (en – daarmee verbonden – die van de lusten) zijn namelijk niet wetenschappelijk te formuleren. Toch krijgt de wetenschap steeds vaker een beter zicht op een aantal factoren die een rol in het verhaal kunnen spelen.

In 1995 vond het beroemde experiment met een aantal vrouwelijke Amerikaanse universiteitsstudenten. Die kregen een aantal T-shirts voorgelegd met de bedoeling daaraan te ruiken en de sexuele aantrekkingskracht die van de betrokken T-shirts uitging te kwalificeren. De T-shirts waren minstens twee nachten na elkaar door mannelijke studenten gedragen. De uitslagen van het onderzoek waren vrij verrassend. Bleek dat hoe groter de genetische verschillen tussen de vrouwelijke en de mannelijke studenten, hoe groter de sexuele aantrekkingskracht was.

Of met andere woorden: hoe groter het verschil tussen de genen, hoe groter de aantrekkingskracht tussen mannen en vrouwen. Sexuele gevoelens zijn blijkbaar gekoppeld aan ons reukvermogen, zoals uit bovenstaande proef bleek. Op basis van het reukvermogen valt blijkbaar vast te stellen dat er onderling al dan niet grote genetische verschillen tussen man en vrouw zijn. Hoe groter de genetische verschillen, hoe groter de sexuele aantrekkingskracht.

Het blijkt dat vooral voor de genen die belangrijk zijn voor ons immuniteitssysteem een rol in het verhaal van de sexuele aantrekkingskracht is weggelegd. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat heterosexuele koppels maar 20% van de genen die verantwoordelijk zijn voor het immuniteitssysteem gemeen hebben. Op het vlak van genen verbonden aan het immuniteitssysteem trekken uitersten elkaar aan.

Uit een studie blijkt dat mannelijke geuren die een heterosexuele vrouw duidelijk herkent een krachtige invloed hebben op de sexuele aantrekkingskracht, aantrekkingskracht die bovendien wederzijds blijkt te zijn. De resultaten van het onderzoek zijn verschenen in het vakblad Psychological Science. Daar stond onder andere te lezen dat vrouwen een gelukkiger sexleven lijden wanneer hun immuniteitssysteem afwijkt van dat van hun partner. Bovendien blijkt dat vrouwen met een partner wiens immuniteitssysteem sterk gelijkt op dat van henzelf meer vreemd gaan of meer denken aan sex met andere mannen dan vrouwen wiens immuniteitssysteem afwijkt van dat van de partner.

Opvallend was dat er geen verband bestond tussen de niet-sexuele kant van een relatie en het immuniteitssysteem, terwijl die er duidelijk werd vastgesteld met de sexuele kant. Een andere opvallende vaststelling: bij de mannen was er geen correlatie tussen hun genen en hun enthousiasme voor sex met de eigen partner of met andere partners. Hieruit zou kunnen geconcludeerd worden dat de band tussen het immuniteitssysteem en de sexuele aantrekkingskracht minder uitgesproken is bij mannen dan bij vrouwen.