Opletten voor een herhaling van astma-aanvallen

Hormonen kunnen eveneens invloed hebben op astma-aanvallen

Over alles wat met astma en astma-aanvallen te maken heeft, moet nog heel wat onderzoek gebeuren. Zo is er het fenomeen van de zogenaamde ‘late phase response' bij astma. Laten we de feiten even op een rijtje zetten. Wie allergisch is voor allergiën of voor astmakatalysatoren loopt een grote kans dat kort na de bloostelling daaraan een eerste astma-aanval plaatsvindt. Deze acute aanval zal binnen het uur achter de rug zijn. Daarmee is het probleem van de astma-aanvallen nog niet opgelost.

Ongeveer 50% van wie zo'n onmiddellijke reacties vertoont, zal zich moeten klaarmaken voor een tweede fase van problemen met de ademhaling. Deze fase treedt drie tot acht uur na de blootstelling aan de allergenen op. Of met andere woorden: astma-aanvallen komen zelden alleen. De tweede golf van astma-aanvallen wordt de ‘late phase response' genoemd. Deze fase wordt gekenmerkt door een toegenomen gevoeligheid van de luchtwegen. Bronchiale onsteking maakt deel uit van deze fase, waarbij de ademhalingsproblemen gedurende een langere periode kunnen aanhouden.

Uit heel wat studies blijkt dat wanneer de blootstelling aan allergenen 's avonds in de plaats van 's morgens gebeurt de kansen groter zijn op secundaire astma-aanvallen enkele uren later. In de meeste gevallen zullen deze tweede astma-aanvallen zelfs erger zijn dan de eerste. Het is daarom belangrijk dat de evolutie van de astma-aanvallen nauwlettend in de gaten wordt gehouden.

Ook hormonen die in het bloed circuleren, kunnen een rol spelen bij astma-aanvallen. Deze hormonen vertonen karakteristieke circadiaanse (van circa + dies = ongeveer één dag) ritmes die zowel in mensen met astma als in niet-astma patiënten wordt vastgesteld. Epinephrine is één van die hormonen die een belangrijke invloed op de bronchiale buisjes kunnen uitoefenen.  Dit hormoon helpt de spieren zich ontspannen, zodat de luchtwegen kunnen openblijven. Problemen met dit hormoon kunnen een rol spelen bij astma-aanvallen.

Epinephrine belet ook het vrijmaken van andere stoffen, zoals bijvoorbeeld histamines die eveneens een rol kunnen spelen in het astma-proces. De niveaus van eerstgenoemd hormoon zijn het laagst rond vier uur in de morgen, waarna ze weer toenemen. De histamineniveaus pieken anderzijds rond dit moment, dat voor astma-aanvallen een cruciaal moment kan worden. De afnamen van de epinephrine niveaus kan astma-aanvallen tijdens de slaap veroorzaken.

Syndicatie