Slapeloosheid kan op verschillende manieren worden behandeld

Meditatie en cognitieve gedragstherapie kunnen slapeloosheid zonder medicijnen behandelen

Slapeloosheid kan op verschillende manieren worden behandeld, zowel met medicatie als zonder medicatie. De vraag is steeds voor wie de therapie bestemd is. Sommige mensen zullen zonder medicijnen niet kunnen slapen, bij anderen helpt een andere aanpak. Meditatie en cognitieve gedragstherapie kunnen slapeloosheid zonder medicijnen behandelen, zo blijkt uit twee recente studies.

Het wijzigen van verkeerde gewoonten kan al een stap in de goede richting betekenen om een geneesmiddelvrije slaaptherapie op te starten. Daarnaast kan het opkuisen van de geest door meditatie een stap in de goede richting betekenen. Ook cognitieve gedragstherapie wordt vaak door dokters voorgeschreven als remedie tegen slapeloosheid.

In beide gevallen kan een vorm van meditatie een zekere ontspanning brengen, ontspanning die nodig is om te kunnen slapen. Volgens onderzoekers is slapeloosheid, in tegenstelling tot wat algemeen werd aangenomen, geen aandoening die alleen verband houdt met wakker liggen 's nachts. Iemand die lijdt aan slapeloosheid is daarmee eigenlijk 24 uur per dag bezig, want hij of zij zal meestal voortdurend erg opgewonden zijn. Door patiënten beter te leren ontspannen, kan een grote stap in de richting van de oplossing van het probleem van de slapeloosheid zijn gezet.

Ramadevi Gourineni, directeur van het slapeloosheidsprogramma aan het Northwestern Memorial Hospital, stelde proefondervindelijk vast dat relaxatietechnieken overdag de problemen met slapeloosheid konden helpen oplossen. In zijn onderzoek bestuurde hij de meditatiepraktijken van 11 patiënten die aan slapeloosheid leden. Hij kwam tot de vaststelling dat er inderdaad van een verbetering sprake was.

De patiënten werden behandeld in twee groepen, waarvan er eentje werd getraind in
kriya yoga, een meditatietechniek waarbij de aandacht gericht is op het innerlijke rustgevende. De tweede groep kreeg een algemene gezondsheidsopvoeding, zonder dat daarbij veel in details werd getreden. Twee maanden later bleek dat de groep die yoga had gevolgd veel minder problemen met slapeloosheid had dan de andere groep. De leden van deze groep hadden minder last om in slaap te vallen, werden minder vaak wakker en vertoonden minder symptomen die in de richting van een depressie wezen. 

Syndicatie