Wat zijn de symptomen van kleincellige longkanker of (kleincellig) longcarcinoom?

Wat zijn de symptomen van kleincellige longkanker of (kleincellig) longcarcinoom?

Symptomen zijn niet volledig identiek aan die van niet- kleincellige longkanker of (kleincellig) longcarcinoom

Van de verschillende vormen van longkanker zijn kleincellige longkanker of (kleincellig) longcarcinoom en niet-kleincellige longkanker of (kleincellig) longcarcinoom de meest voorkomende. De symptomen verbonden aan de verschillende vormen van longkanker zijn vaak gelijkaardig, maar toch zijn er verschillen vast te stellen. Uiteindelijk zal pas op basis van diepgaand medisch onderzoek kunnen vastgesteld worden om welke vorm van longkanker het precies gaat.

Mogelijke signalen die kunnen wijzen op kleincellige longkanker of (kleincellig) longcarcinoom zijn hoesten, pijn in de borst en kortademigheid. Deze symptomen kunnen echter zowel een gevolg zijn van kleincellige longkanker of (kleincellig) longcarcinoom als een andere aandoening. Daarom dat we hierboven al zeiden dat alleen een doorgedreven medisch onderzoek uitsluitsel zal geven om welke vorm van longkanker het gaat. Om een definitief onderscheid te maken, is het belangrijk om volgende zaken in de gaten te houden:

Een hardnekkige hoest die maar van geen wijken wil weten
Een opvallende vorm van kortademigheid
Pijn in de borst waarvoor op het eerste gezicht geen verklaring te vinden is
Een piepende ademhaling, die onder andere met snuiven en hijgen gepaard gaat
Een schorre stem
Onverklaarbare gezwellen in gezicht en nek
Een duidelijk gebrek aan eetlust
Gewichtsverlies zonder dat daar een duidelijke reden beschikbaar voor is
Ongewone vermoeidheid die door bijslapen niet wordt genezen

Uiteraard kunnen deze symptomen van longkanker ook bij andere aandoeningen voorkomen. De definitieve diagnose zal daarom aan de hand van een uitgebreid medisch onderzoek moeten gebeuren. De testen daarvoor zijn dezelfde als bij niet- kleincellige longkanker of (kleincellig) longcarcinoom, met onder andere radiografie, sputum cytologie (onderzoek van fluimen), laboratioriumtesten, bronchoscopie, biopsie met een fijne naald enzovoort. Uiteindelijk zal op basis van de uitslagen van deze testen vastgesteld kunnen worden in welke fase de kanker zich bevindt, zodat de behandeling kan opgestart worden.

Syndicatie